Tuinman Dré vertelt: Zomer - uitgeschreven tekst
Dré: "Zo… beste luistervolkje, hier staan we dan. Aan de waterkant. In de zomer lijkt deze vijver een prachtig schilderij. Dan drijft hij vol waterlelies. Betoverend om te zien! Onlangs stond ik hier die mooie bloemenpracht te bewonderen, toen ik in mijn ooghoek iets zag bewegen."
"Toen ik wat beter keek, ontdekte ik een klein feetje dat op een van de leliebladeren zat te huilen."
"Toen ik met mijn ogen knipperde was het feetje echter verdwenen."
Jean: "Aiaiai… De baas begint er serieus naast te slaan. Als hij nu al kabouters begint te zien."
Dré: "Neen Jean, een kabouter was het zeker niet. Het was een fee… of… of heb ik me iets laten wijsmaken door een speling van het licht? Bon, dat is eigenlijk niet zo belangrijk. Het deed me alleen denken aan een sprookje dat ik ooit eens gehoord heb. Het sprookje van de Indische waterlelies."
Jean: "Ha, maar dat ken ik, dat werd geschreven door de koningin van België. Maar welke was dat nu weer? Paola? Mathilde? Het moet Mathilleke geweest zijn. Da kan niet anders."
Dré: "Klopt, het was de koningin van ons land, maar niet Paola of Mathilde. Koningin Fabiola schreef het prachtige verhaal over de waterlelies."
Jean: "Just… Fabiola, nu valt mijnen euro. Fabiola en ze dronk een glaasje cola. Hola… terwijl ze zat op de pergola. Amai, ik begin hier te rijmen. Tijd voor mijn gedichtje zou ik zeggen."
Dré: "Oké dan meneer Kickx, laat maar horen."
Jean: "Er was eens een dame uit Laken. Die graag ook een boek wilde maken. Dus schreef ze spontaan. Het verhaal van de maan. En de heks met haar lelijke haren"
Dré: "Prachtig Jean, alweer een limerick van onze grootste slimmerik"
"Maar nu… het verhaal! Er was eens een heks…"
Jean: "Met lelijke haren, zoals in mijn gedicht."
Dré: (zucht)… "ja, en met een wrat op haar kin en puntige nagels. Het was echt een lelijke heks. Maar ze had wel een prachtige stem. Terwijl de meeste heksen klinken als een kraai ..."
"... kon deze prachtig zingen."
Jean: "Zeg patron, voor we verder gaan. Wie gaat die rol van die heks spelen? Dat zie ik nu precies niet zitten…"
Dré: "Geen zorgen meneer Kickx, dat heb ik geregeld. Ik heb mijn connecties aangesproken. Jij mag vanaf nu tot het eind van het verhaal gewoon zwijgen en luisteren. Wat denk je daarvan?.... (stilte) Wel? Wat denk je daarvan?"
Jean: "Ik was al aan het zwijgen he… Dat lijkt me helemaal oké. Al ben ik nu wel nieuwsgierig naar die heks."
Dré: "Wel ja, laat ons daar beginnen. Ver weg, in het oerwoud van Indië, ..."
"... woonde een heks met een kromme neus en een gezicht vol rimpels. Ze had knokige handen en puntige, vieze nagels."
Heks: "Hoe had je anders verwacht dat ik er zou uitzien? Ik ben en blijf een heks."
Dré: "Dat is waar, maar wel eentje die prachtig kan zingen."
Heks: "Charmeur."
Dré:
"Als ze zong dan luisterden alle dieren in het oerwoud ademloos. Haar stem was het prachtigste instrument dat je ooit hoorde. Maar de heks was niet erg blij, ze vond zichzelf lelijk en oud."
Heks: "Vooral dat borstelige strohaar van mij lijkt nergens op."
"Daar kan geen kapper ter wereld een deftig model in krijgen. Verschrikkelijk!"
Dré: "Elke avond trok de heks diep het oerwoud in, waar de maan en de sterren weerkaatsen op een schilderachtig vijvertje. Daar zong ze dan een wonderlijk lied dat iedereen die het hoorde, betoverde… "
"De tjirpende vogels, de brullende kikkers, … zelfs de krijsende apen werden er stil van."
Jean: "Zeg patron, mag ik even onderbreken?"
Dré: "Zeker niet, zoals ik al vertelde… zelfs de krijsende apen werden er stil van. Terwijl ze zong verstopte de heks zich in een holle boom vlak bij de vijver. Ze wilde dat de maanfee en haar sterrenkinderen zouden neerdalen op de vijver."
Heks: "Oooh ja, heerlijk. Wat een hekselijk gemeen plan toch. Dan betover ik hen en steel hun schoonheid. Dat is een pak eenvoudiger dan plastische chirurgie of botox."
Dré: "Terwijl ze zong, daalde de ene na de andere manestraal neer op de vijver tot plots de maanfee zelf danste boven het wateroppervlak. Ze leek wel licht te geven. Elke straal die het wateroppervlak raakte veranderde op slag in een sterrenfeetje."
Heks: "Binnen de kortste tijd was de vijver gevuld met ontelbare dansende lichtje. Hoe luider ik zong, hoe heviger en wilder ze dansten."
"Het leek wel een heus discofeest midden in het oerwoud. Ik had ze helemaal in mijn macht."
Dré: "Tegen de tijd dat het weer licht begon te worden riep de maanfee haar sterrenkinderen samen. Tijd om terug te keren naar de nachtelijke hemel."
Heks: "Gelukkig letten zeven van de jongste feetjes niet goed op. Ze waren zo in de ban van mijn stem dat ze niet door hadden dat het al licht werd."
Dré: "De zeven sterrenkinderen konden maar niet ophouden met dansen. De maanfee kon niet langer wachten. Ze steeg op en verdween met de laatste manestralen. De zon nam de plek in van de maan en de heks kwam tevoorschijn uit haar schuilplaats in de holle boom."
"Ze bleef zingen en stal zo de magie van de dansende sterrenkinderen. De feetjes werden helemaal bleek."
Heks: "En ik? Ik kreeg een prachtige haardos vol blonde krullen. Een kapsel om miss verkiezingen mee te winnen. Hoera! Het was eindelijk gelukt!"
Dré: "Ze was door het dolle heen. De heks boog zich voorover en spiegelde zich in het water."
Heks: "Maar wat is dat? Ik ben nog steeds oude en lelijk! Wat een ramp."
Dré: "Tja, een mooie bos haar kon dan wel fijn zijn, maar het veranderde niets aan de lelijke wrat op haar gezicht en haar kromme heksenneus. Oeh al had de heks alle magie uit de feetjes gezogen, zij waren wel nog steeds mooi en jong. Aah uit pure woede betoverde de heks de sterrenkinderen en veranderde hen in witte waterlelies."
Heks: "Waar zat ik toch met mijn gedachten? Ik had ze beter in pisbloemen veranderd."
Dré:
"Daar lagen ze dan. Roerloos op het rimpelloze meer. Dat is helemaal niet leuk als je van dansen houdt. Hoe mooi de gesloten lelies ook waren, het was een droevig zicht. Alleen op maanverlichte nachten kwam de heks nog terug naar haar plekje bij de vijver. Ze zong dan haar mooiste lied en liet haar betoverende stem over het water dansen, samen met de sterrenkinderen. Want voor even openden de lelies hun blaadjes en mochten de feetjes dansen. Ze droomden er van om ooit weer te dansen hoog aan de hemel, tussen de sterren. En de heks? Die had nog steeds prachtige krullen en een wondermooie stem, maar voorlopig bleef ze uit de buurt van de spiegel. Want ze was nog steeds zo lelijk als de nacht."
Jean: "Bravo patron, schoon verhaal. Als deze zomer de vijver vol witte lelies ligt, ga ik daar zeker eens aan denken. Al hoop ik wel dat ik die heks niet tegenkom. Anders verkoop ik haar een lap met mijn schup."
Dré: "Die kans lijk me klein Jean, al weet je maar nooit. Misschien dansen hier ’s nachts ook wel feetjes op het water wanneer er niemand in de buurt is. De Kruidtuin is immers een prachtige plek om te dansen in het maanlicht. Tot snel luistervolk, we zien elkaar in een ander seizoen, niet twijfelen… doen!"
Heks: "Zeg, beste luistergrut, terwijl die twee oelewappers onderling verder tateren nog even dit… Misschien ben jij ook wel helemaal gek van Lelies, net als ik. Loop dan zeker nog eens de orangerie binnen en ontdek er de kleine waterserre, ook daar vind je prachtige lelies. Het is een van mijn favoriete plekjes in deze Kruidtuin."
"Volgens mij springt daar zelfs nog ergens een prins rond die ik lang geleden in een kikker heb veranderd. (gniffelt) Nog veel luisterplezier, ik haast me terug naar mijn sprookje. Baaj baaj… en tot in den draai!"
Heb je een vraag?
Contacteer ons, we helpen je graag verder.