Tuinman Dré vertelt: Herfst - uitgeschreven tekst
Dré: "Beste luistervolkje. Welkom aan de varen kas. Hier groeien de meest mysterieuze planten van onze tuin. De varens. Deze prachtige planten sieren de aarde reeds sinds de tijd van de dinosaurussen."
"Welkom in het Jurasic Park van de Kruidtuin."
"Maar voor ik jullie meer vertel over deze tot de verbeelding sprekende planten, zou ik graag ook zelf eens een gedichtje voordragen. Jean moet niet altijd met de eer gaan lopen. Het is een gedicht van Wim Van Den Abeele. Die liet zich inspireren door de vorm van nog opgerolde varenbladen. Zijn jullie er klaar voor? Daar gaan we… (kucht)
Zes Pelgrims.Een schaduwplek en mekaar gevonden in stil gesprek. Sierlijke varens verlost van bladeren viervoudig geveerd de hoofden gebogen ingekeerd"
Jean: "Bravo patron. Knap gedicht, maar ik dacht dat ik hier de gedichten mocht doen? Dat was nu juist mijn manier om iets bij te dragen aan de verhalen. Nu sta ik hier schoon te schilderen?"
Dré: "Te schilderen?"
Jean: "Je weet wel…voor spek en bonen. Ik voel me niet bepaald nuttig zo."
Dré: "Tja Jean, daar heb ik niet bij stil gestaan. Ik vond het gewoon een mooi gedicht. Weet je wat? Aangezien ik het gedicht heb voorgedragen, mag jij verhaal vertellen. Wat denk je daarvan?"
Jean: "Ik? Maar ik ken dat verhaal helemaal niet."
Dré: "Geen zorgen, alles staat hier netjes op papier."
"Je moet het gewoon voorlezen."
Jean: "Bon… merci. Ik zal mijn best doen. Eens kijken. (kucht) ‘De Welvarende Varens’. Och? Serieus? Dan mag ik eens verteller zijn en dan gaat het verhaal over varens. Waarom niet over kiezelsteentjes of over bloempotten? Veel saaier kan het niet. Halleluja!"
Dré: "Stop maar met je gejammer meneer Kickx. Varens zijn hipper dan je denkt. Ze waren ooit een echte rage!"
Jean: "Een rage? Zoals Pokemon Go of TikTok?"
Dré: "Wel… niet helemaal hetzelfde, maar je zou het kunnen vergelijken. Misschien vinden wij varens heel gewoon, maar dat is niet altijd zo geweest."
"Varens hebben altijd tot de verbeelding gesproken. Ze dragen geen bloemen of zaden. Heel lang hebben we niet geweten hoe varens zich voortplantten. Bijzonder mysterieus."
Marie Turner: "Klopt, het was een heel mysterie. Oom William schreef erover in zijn Kruidenboek."
Jean: "Hela, hola, ik dacht dat ik de verteller was. Wie ben jij nu weer?"
Marie Turner: "Marie Tuner, het nichtje van William Turner, de vader van de Engelse plantkunde. Volgens mijn oom verscheen het varen zaad alleen op midzomeravond. Het was zeer gewild omdat het volgens de legende de drager onzichtbaar maakte."
"Verzamelaars van zaden moesten zich echter voorbereiden op een strijd tegen Oberon, de koning van de elfen, die het geheim van zijn onzichtbaarheid niet wilde delen."
Jean: "Bedankt voor je bijdrage Marie, maar dat klinkt me toch te veel als een sprookje. Ik neem het hier wel over."
Marie Turner: "Ga je gang! Ik houd me wel in stilte bezig."
Jean: "De varen sprak dus wel degelijk tot de verbeelding van de mensen. Ook in het 18de eeuwse Engeland oogstte de uit West-Indië geïmporteerde varen soorten veel bewondering."
Dré: "Al wil ik daar wel aan toevoegen dat de tropische varens voor de meeste mensen een onbereikbare curiositeit bleven. Ze waren erg duur wegens de hoge transportkosten."
Jean: "Reggae muziek Tot John Lindsay, een op Jamaica wonende arts, een manier ontdekte om varens te vermeerderen. Ook al was het hem niet helemaal duidelijk hoe. Al snel konden de Britse kwekers het publiek grote aantallen tropische varens aanbieden."
"De grote doorbraak kwam er echter pas dankzij Nathaniel Ward. Hij was een echte varen liefhebber, maar zijn planten stierven."
"De naburige fabrieken vervuilden de lucht waardoor zijn geliefde varens het niet overleefden. Hij ontdekte, per ongeluk,"
"dat de planten achter glas wel konden overleven. Zolang ze maar afgeschermd werden van de vervuilde lucht."
Dré: "En toen was de trein vertrokken."
Jean: "Inderdaad. Ward begon varens te kweken in mini-kasjes. Dat was net wat de Londenaars nodig hadden. Ze waren op zoek naar wat groen om hun bestaan op te vrolijken."
"De mini-kasjes werden echte hebbedingen. Bij de rijken kon men zelfs kasjes bewonderen in de vorm van kastelen en andere bekende bouwwerken."
Marie Turner: "Zoals het Atomium?"
Jean: "Neen, dom kind, dat bestond toen nog niet. Maar bon, varens waren een echte rage. Ze hadden meer swag dan Jay Z en Snoop Dogg samen."
"Wie geen varens in huis had, was alles behalve cool. Sommige mensen, die de hoge prijzen voor varens niet konden betalen, trokken dus maar de bossen in om zelf wilde varens te plukken."
Dré: "Echte varenrovers!"
Jean: "Echte varenrovers. Op het hoogtepunt van de varen rage werden gedroogde varenbladen ingelijst om aan de muur te hangen."
Dré: "Het waren de K3 posters van die tijd."
Jean: "Men liep ook over varens want al snel sierden varen motieven de prachtige tapijten in de chique huizen. En zelfs aan tafel kon je niet om de varens heen."
Marie Turner: "Bah… dat lijkt me nu echt niet lekker. Doe mij maar frietjes, een kleintje met joppiesaus. Heerlijk!"
Jean: "Maar neen, ze aten de varens niet op."
"Wel werden porselein en tafelzilver versierd met overdadige varen motieven. Zowel de borden als het bestek moesten eraan geloven. Uiteindelijk moest er een wet komen om de varens te beschermen tegen de wildroof. Ook hier in België zijn varens vandaag nog steeds een beschermde plantensoort."
Dré:
"De varen gekte waaide zelfs over naar Leuven."
Jean: "Twee botanisten van de Leuvense botanische tuin slaagden er als eersten in om varen soorten met elkaar te kruisen."
"Britse varen specialisten verfijnden de techniek van de twee Leuvenaars, maar de eerste kruising gebeurde wel degelijk hier in Leuven."
Dré: "Ja, dat waren straffe mannen die twee. Ze zetten net als ik Leuven op de botanische kaart."
Jean: "Hoe? Welke kaart?"
Dré: "Dat is figuurlijk bedoeld he slimmerik. We maakten Leuven bekend in de wereld van de plantkunde. Ikzelf kweekte een nieuwe soort van de Japanse theeplant."
"Deze prachtige bloem wordt ook wel de Camellia genoemd. Een van mijn nieuwe soorten kreeg zelfs mijn naam: De Camellia japonica Donkelaari."
Jean: "Donkelaari, naar Andreas Donkelaar? Straf! Heel straf! Al bijna zo straf als mijn verhaal over de varens."
Dré: "Een verhaal dat je prachtig hebt gelezen Jean, ik ben trots op u. Ik ben er zeker van dat ons luistervolkje ervan genoten heeft en staat te popelen om alle hoekjes en kantjes van de varenkas te ontdekken. We gaan hen niet langer ophouden met ons gepraat. Ga dus gerust een kijkje nemen en bewonder de prachtige varens die groeien, hier in onze Kruidtuin."
Jean: "Maar kijk goed uit je doppen, wie weet zit er nog ergens een dino verstopt tussen de varens! Je weet nooit met die beesten…"
Marie Turner: (schraapt de keel) "Misschien nog even geduld. In al hun enthousiasme zijn onze vertellers immers helemaal vergeten te vertellen hoe varens zich dan wel voortplanten. Dat zal ik dan maar snel even doen. In plaats van bloemen, vruchten en zaden dragen varens gewoonlijk zeer onopvallende sporen die lang onopgemerkt bleven of niet belangrijk werden geacht. Die varensporen hebben veel weg van stof. Ze bevinden zich in sporendoosjes aan de onderzijde van de bladeren. Kijk dadelijk dus zeker eens onder de bladeren of je de doosjes kan ontdekken. Wanneer zo’n doosje rijp is, springt het open en worden de sporen verspreid."
"In vochtige grond kunnen de sporen gemakkelijk ontkiemen en zie daar… de geboorte van een nieuwe varen."
"Wij hopen jullie alvast terug te zien bij een ander verhaal, in een ander seizoen. Niet twijfelen… doen!"